Omar komt er wel!

De start

Dankzij vrienden in Amsterdam maakt Marcel (71) kennis met de activiteiten van Taal Doet Meer. Hij begint met de VoorleesExpress en ontdekt daarna het Taalmentoraat, een project voor kinderen van de basisschool. Op dat moment vraagt juf Clara van de KBS De Zeven Gaven of Omar het fijn zou vinden om een taalmaatje te hebben. Omar is met zijn familie vier jaar geleden uit Afghanistan naar Nederland gekomen. Zijn vader was hier al. Hij is blij met de vraag van de juf.

Omar (14): “Ja, dat vond ik leuk want Nederlands is best moeilijk, vooral de regels van spelling.” Zo kwam Marcel in beeld, die vanaf 2015 met pensioen is. Hij heeft in het onderwijs gewerkt en bij de FNV waar hij betrokken was bij het regelen van CAO’s en pensioenfondsen. Marcel: “In het technisch onderwijs was ik al bezig met maatschappelijke begeleiding van leerlingen en stagebegeleiding van jongeren. Het mentorschap en coachen van leerlingen bij Taal Doet Meer sluit hier goed op aan. Na al die bestuurlijke activiteiten wilde ik wel wat meer klussen ‘down to earth’ en met mijn poten in de modder staan.” Maar vindt Omar Marcel niet een beetje oud? “Dat boeit niet”, zegt hij schouderophalend en lacht vriendelijk naar zijn mentor.

Verslaafd aan het Jeugdjournaal

Omar: “Op de basisschool moest ik van Marcel naar het Jeugdjournaal kijken. Maar dat deed ik al, haha. Daar ben ik verslaafd aan. Ik vind alles interessant: sport, politiek, voetbal en wat er nu in de Verenigde Staten gebeurt. Dan moest ik de onderwerpen opschrijven en dan gingen we daar later over praten.” Marcel: “Ja, zo zijn we begonnen. Verder lezen we samen boeken. We zien elkaar elke week. Nu zijn we bezig in het boek Met Sterre op reis door tijd en ruimte. Het gaat over natuurkunde, de oerknal en zwarte gaten. Dat sluit goed aan op de technische en exacte belangstelling van Omar.”

Omar: “Dan lezen we om de beurt een bladzijde. Als ik vijf bladzijden gelezen heb, ben ik wel moe. Thuis lees ik zelf ook, boeken van Roald Dahl en Pinkeltje. Met Marcel ben ik ook naar de bibliotheek geweest.” Marcel: “Tja, het is nog best lastig om goede boeken te vinden die passen bij de leeftijd. Het moet niet te kinderachtig zijn, maar ook niet te moeilijk want vaak is de woordenschat nog beperkt.”

Niet elk kind houdt van Harry Potter

Taal Doet Meer levert instructiemateriaal en begeleidt de mentoren.

Marcel: “Dat praktische materiaal is heel belangrijk voor School’s cool. Dat is echt zoeken. Een kant en klaar pakket is moeilijk omdat elk kind weer anders is. Sommige kinderen willen geen boeken lezen omdat ze geen lezers zijn of uitgesproken bèta-gericht. Die vinden het lezen van instructies van apparaten uitdagender. Niet elk kind houdt van Harry Potter!”

Samen naar NEMO

Omar en Marcel gaan soms ook samen op pad. Omar: “Ja, we zijn samen naar NEMO geweest.” Marcel: “Toen was Omar mijn gids, hij wist alles en legde mij alles uit.”

Omar: “Ja, heel grappig want ik was er met mijn klas al geweest.” Marcel: “Ook zijn we in de zomer naar IJmuiden gegaan.” Omar: “We hebben gezwommen in de golven.”

Ook praktisch kan Marcel soms wat betekenen. “Voor Omar hebben we een laptop geregeld. Via het groepje Taalmentoraat konden we gebruikte laptops krijgen omdat iemand bij een bank werkt. Zijn ouders hebben geen computer. Omar heeft nog geen smartphone dus maken we via zijn moeder de afspraken.”

Contact met school

Marcel speelt ook een belangrijke rol in de communicatie met de school van Omar. Op de basisschool ging dat al heel goed. Marcel nam zelf initiatief en stemde af met school. Omar vond het best spannend om naar de brugklas te gaan maar hij had gelijk vijf vrienden. Hij heeft een fijne klas en heeft zijn plekje gevonden.

Marcel: “Ik vind het contact met de school echt belangrijk. Met je pupil op school gaan zitten, zodat het zichtbaar wordt. Onlangs ben ik op het Globecollege geweest met Omar en zijn moeder voor het mentorgesprek. Dan ga ik mee om af te stemmen. Omar vertaalt voor zijn moeder en kan zo’n gesprek goed volgen. Maar soms is zijn woordenschat nog te beperkt. Ik zeg wel eens tegen Omar, je moet thuis met je moeder Nederlands spreken. Dan leert zij ook de taal en dat is belangrijk. Maar dan verstaat ze het niet altijd en dat vindt Omar zielig en dan gaat hij toch weer Farsi spreken.”

Slim en leergierig

Na dit brugklasjaar stopt de samenwerking. Dan moet Omar op eigen kracht verder, zonder Marcel. Marcel kijkt Omar aan en zegt: “Ik zou het wel leuk vinden om jou een beetje te blijven volgen. Ik denk dat je wel verder kan komen dan waar je nu zit.” Omar licht toe: “Ik doe nu vmbo (gemengde leerweg) maar wil graag naar de havo. Frans vind ik wel lastig, daar sta ik een 6.5 voor maar dat zou een 7.5 kunnen zijn. Ik wil nog veel leren.”

Dus er is werk aan de winkel en dat is volgens Marcel geen enkel probleem voor Omar.

Marcel: “Omar is een leuk jong, slim en leergierig. Hij zet zich in voor dingen en wil graag het Nederlands onder de knie krijgen. Hij gaat ervoor. Ik denk dat Omar er wel komt!” Met deze positieve uitspraak sluiten we dit bijzondere duo-gesprek af!

Interview: Els Vegter, freelance schrijver/journalist en beeldend kunstenaar www.elsvegter.nl