Fouad is kind van vluchtelingenouders uit Iran en kwam op 14-jarige leeftijd in aanraking met Taal Doet Meer. Via het project School’s Cool kreeg hij een mentor toegewezen. Dit had zo’n impact op hem, dat hij als volwassene graag zelf wil teruggeven. Hij keerde terug naar Taal Doet Meer als voorlezer voor een Marokkaans meisje en wordt daar heel gelukkig van.
Fouad Ali (2002) studeert in deeltijd commerciële economie en werkt als recruitment analist. Twee jaar geleden deed hij zijn verhaal en stond op de drempel om gekoppeld te worden aan een gezin. Inmiddels heeft hij een lief meisje voorgelezen. Negen maanden lang.
“Ik werd verrast met een leuk belletje. Er was een Marokkaans gezin met een dochter van zes jaar. Toen ik ging kennismaken was Jawhara eerst super verlegen en bleef op de achtergrond.” Maar de tweede keer dat Fouad haar bezocht, werd Jawhara nieuwsgierig. Naarmate hij wat meer over zichzelf vertelde, kwam ze meer los.
Fouad: “Het is een springerig meisje met veel energie. Ik herken mezelf in haar. Ze heeft moeite met focus bewaren en haar Nederlands is niet supergoed. Iedere twee weken kom ik met nieuwe boeken. Ik ontdekte dat ze van prinsessen hield. Als we dan samen op de bank zaten, gingen we lezen en plaatjes kijken. Ze viel mij in de rede en begon steeds meer haar eigen verhalen te maken. Aandachtig lezen was soms lastig. Het broertje van acht wilde ook graag voorgelezen worden en kwam er vaak bij zitten.”
“Mijn mentor zag mij als mens en besteedde haar vrije tijd aan mij”
Hoe ga je daar als voorlezer mee om en hou houd je de aandacht? Heb je tips & tricks? “Jazeker! Als voorlezer moet je creatief zijn. Zo deed ik veel taalspelletjes met haar. Die staan als applicatie op mijn telefoon. Dat interactieve is leuk om af te wisselen en dan kan ze haar aandacht erbij houden. Ik heb neefjes en nichtjes van die leeftijd en kinderen leren niet volgens een vaste leercurve. Dat vraagt geduld. Dat is ook een kunst om te leren.”
Het meisje brengt hem ook terug naar zijn eigen kindertijd. “Ik ben vroeger te laag ingeschaald op het VMBO, gewoon omdat ik te druk was. Mijn kwaliteiten werden niet gezien. Je hebt geen ouders die bekend zijn met het onderwijssysteem en ze spreken de taal niet. Ik ben opgegroeid in Overvecht en dan vecht je je hele leven tegen stereotiepe beelden. Ben ik die stereotyperingen of ben ik meer dan dat?”
Ik vertel hem over het boek ‘De zeven vinkjes’ van Joris Luyendijk. Hij mist met zijn etnische achtergrond gelijk wat vinkjes en moet dus harder presteren. “Ja! Daarom was ik zo blij met mijn mentor destijds van School’s cool. Zij zag mij als mens en besteedde haar vrije tijd aan mij en stimuleerde mij om door te leren. Die rol wil ik ook graag voor Jawhara vervullen.”
“Mensen vroegen nooit aan mij hoe het met mij ging. Daarom stel ik vragen aan Jawhara”
“Ik vind het mooi dat ik nu terug kan geven. Dat geeft voldoening en een warm gevoel. Jawhara is speels en begrijpt niet waarom ik kom, maar is wel blij dàt ik kom. In onze cultuur praat je niet snel over gevoelens. Mensen vroegen nooit aan mij hoe het met mij ging. Daarom stel ik vragen aan Jawhara en vraag haar hoe het was op school. Een kind voelt dat. Ze ging zelfs huilen toen ik wegging. Als voorlezer kom je om die betekenis te geven en de waardering te ervaren. Het maakt je meer mens en meer empathisch.”
Hoe was het voor hem om in een ander gezin te komen? Vreemd of juist niet? Fouad glimlacht: “Ik heb wel een zwak voor mensen met een andere etniciteit. Het is een Marokkaanse, islamitische familie. Heel herkenbaar. De vader had een zaakje en met hem kon ik goed praten. Ik ben ook herkenbaar voor hen. We delen dezelfde waarden en het geloof.”
“Met voorlezen dicht je een bepaald gemis”
Fouad is wel een witte raaf als jonge voorlezer. “Tja, de gemiddelde 22-jarige is niet heel erg bezig met geven. Oudere mensen doen dat meer. Maar toch vind ik dat jammer want er zijn zoveel manieren om te geven en je krijgt grote waardering.”
“Als voorlezer dicht je een bepaald gemis vanuit de ouders. Voor zowel hen als het kind creëer je waarde. Ze zijn heel blij en gastvrij en de dankbaarheid spat van hun gezicht. Dat is betekenisvol. Ik word daar gelukkig van. Ik zou het traject nog wel een keer willen doen.”