Taal Doet Meer
Verhaal

Taalvrijwilliger Jantine: ‘De groep als middel, daar geloof ik heel erg in’

Jantine van der Sar (46) heeft een achtergrond als orthopedagoog en ze werkt als ambulant begeleider in het speciaal onderwijs. Die ervaring neemt ze mee naar Taal Doet Meer. Ze houdt van taal, van kinderen en van andere culturen. Ze gelooft in de kracht van de groep en begeleidt de groep Taalplezier van 0 tot 4 in Kanaleneiland. “Het trekt me even uit mijn eigen bubbel.”

De kracht van een groep

Jantine doet de begeleiding samen met een andere vrijwilliger – die ook een oud-deelnemer van de groep is.Wij zijn er voor de taalontwikkeling van de kinderen en nemen de moeders daarin mee. Er zijn nu zes Taalpleziergroepen in Overvecht, Zuilen en Kanaleneiland. Het plezier in taal staat voorop. Ik wilde heel graag iets doen met taal en opvoeding en iets in groepen. Dat sluit ook aan bij m’n werk. De groep als middel, daar geloof ik heel erg in. De moeders helpen elkaar verder. Het gaat uiteindelijk om de uitwisseling, het contact en om elkaar te zien.”

Pleisters plakken

“Meestal zijn er tussen de vier en acht moeders met hun kindjes. We beginnen altijd met koffie en thee en een goedemorgen-liedje. Dan gaan we voorlezen. Vaak hebben we een thema zoals ‘mijn lichaam’ of ‘naar de huisarts’. Dan zoeken we een liedje over de dokter en dat luisteren we dan. Of ik neem een grote plaat mee van een beer en dan plakken we pleisters. Waar zit de knie? Waar is de elleboog?

Handen en voeten

Soms is iets moeilijk duidelijk te maken: zeurende pijn of stekende pijn, hoe leg je dat uit? Dan beweeg ik mijn handen erbij stekend of golvend en een andere moeder vertaalt het dan weer. Spelenderwijs leren we van elkaar. We sluiten af met een beweegspelletje of een gezamenlijk spel en het opruimlied.

“ Het plezier in taal staat voorop”

Ik vind het leuk om creatief te zijn en bijvoorbeeld zelf een memoryspel met plaatjes te maken. Dan zit ik thuis achter de tekentafel te knutselen. Of we doen een rollenspel over aan de balie staan bij de huisarts met een klacht. Als we er met de taal niet uitkomen, gebruiken we Google Translate of handen en voeten of ze vertalen het naar elkaar. Je wordt er heel creatief van.”

Utrechtse bubbel

Behalve lezen en leren, is het ook een plek waar gelachen wordt met elkaar. Jantine: “We maken ook grappen over de eigenaardigheden van ieders cultuur of de bureaucratie in ons land. Zelf zit ik in mijn Utrechtse bubbel met hoog opgeleide vrienden, dan is zo’n groep verfrissend. Zo leer ik veel van de moeders en over andere culturen en de rol van hun geloof.”

Vertrouwen

“Veiligheid en vertrouwen zijn in de groep ook heel belangrijk. Moeders die eenzaam zijn en geen familie hebben, kunnen hier hun verhaal kwijt. Dan is de groep even een rustpunt in de week en is er herkenning. Als die veiligheid er is, kan ik me ook kwetsbaar opstellen. Ik zeg het ook als ik dingen moeilijk vind of als ik dingen niet weet. Het plezier in deze groep werkt heel aanstekelijk. Ik geloof erin, in dit project. Ik geloof erin dat je heel veel kan bereiken in die 1,5 uur per week. Taal is echt de sleutel.”

“Ik geloof erin dat je veel kan bereiken in die 1,5 uur per week.”

Meegaan met de flow

Jantine merkt ook dat ze haar programma en voorbereiding steeds meer los durft te laten. “Ja, ik heb echt geleerd om in te gaan op dat wat er speelt. Ik beweeg meer mee met de flow. Ik kan wel iets voorbereiden, maar als een moeder emotioneel is over iets, dan krijgt dat de aandacht. Of zoals vandaag was er een festiviteit in de bieb. Nijntje was 70 jaar en dat werd gevierd. We zijn met z’n allen naar de bieb gegaan, daar werd voorgelezen en we hebben een verjaardagshoed geknutseld. Superleuk! Dan wijken we af van het programma en behalen we op een andere manier onze doelstelling.”

Grenzen stellen

Wat brengt het jou?, vraag ik Jantine die zelf ook een baan heeft. Wat motiveert haar tot dit vrijwilligerswerk? “Ik vind het heel fijn om met taal bezig te zijn, met opvoeding en met andere culturen. Het contact met de moeders en de kinderen vind ik heel waardevol. Ik ben geen docent of juf, maar reik ze wel iets aan. Bijvoorbeeld om aandacht te vragen als er voorgelezen wordt. Daarmee leer ik de moeders gerichtheid en grenzen stellen aan het gedrag van hun peuter. Het is geen hoofddoel, maar ik neem het wel mee.

“ Ik ben geen docent of juf, maar reik ze wel iets aan”

Dat ik iets te bieden heb aan de kinderen, die voldoening haal ik er ook uit. Zelf heb ik geen kinderen en de ervaring van het moederschap mis ik. Soms speel ik daarom vragen door en zeg: vraag het eens aan een andere moeder. Zoals baby’s die niet kunnen slapen met de warmte of krijsende kinderen in de supermarkt. De openheid in de groep is gewoon prachtig maar misschien bof ik ook gewoon met mijn groep,” besluit ze lachend.

* Interview: Els Vegter, freelance schrijver/journalist en beeldend kunstenaar

Ook bijdragen aan de taalontwikkeling van jonge kinderen?

Vind jij het leuk om met kinderen te werken? Hou je van taal en ben je nieuwsgierig naar andere culturen? Lijkt het je leuk om samen met de ouders de (taal)ontwikkeling van kinderen te stimuleren? Help dan mee aan een goede start voor ieder kind. Bekijk de vacature voor begeleider van onze taalpleziergroepen en meld je aan voor een kennismaking!

Naar de vacature

Lees meer: